Adinda

10 jaar geleden ben ik ernstig depressief geweest. Ik heb toen met een therapiegroep meegedaan en daar gaven ze aan: als je in de toekomst weer klachten krijgt, trek dan gelijk aan de bel. Helaas was dat vorige zomer het geval. Ik voelde weer een depressie aankomen. Via de huisarts en een maatschappelijk werker ben ik doorverwezen naar een psycholoog en psychiater. Ik heb contact opgenomen met Faas Psychologie en daar kon ik binnen een maand terecht.

Bij Faas heb ik medicatie voorgeschreven gekregen, maar ook fijne gesprekken gehad met een psycholoog. Mijn behandelaar was heel open en had altijd genoeg tijd voor me. In het verleden had ik al veel adviezen gekregen om de depressie tegen te gaan, het was fijn om dat weer even op te frissen. Bijvoorbeeld het advies om naar buiten te gaan als ik me fysiek goed genoeg voel. Dat is door fysieke gezondheidsproblemen helaas lang niet altijd het geval. Ik ben volledig afgekeurd en zit daarom veel thuis. Maar als het even kan probeer ik wel actief te blijven. Ik ga sporten, zwemmen, wandelen of tuinieren en zorg voor het huishouden en mijn partner en kind. 

Naast de gesprekken met mijn psycholoog heb ik ook EMDR gehad. Ik merkte namelijk dat ik erg bleef piekeren over het overlijden van mijn vader, tien jaar geleden. Ik heb lang getwijfeld of ik EMDR wilde doen. Ik was wat sceptisch, vroeg me af of het mij zou kunnen helpen. Er zijn veel positieve verhalen over EMDR, maar zijn die allemaal wel waar? Na lang twijfelen heb ik besloten om het wel te proberen. Hoe ik het heb ervaren? Ik raad het iedereen van harte aan. Het is een zware behandeling, maar het heeft me uiteindelijk heel erg geholpen. De herinneringen aan het overlijden ben ik niet vergeten, maar ze doen mij nu veel minder pijn als ik eraan terug denk.  

Inmiddels gaat het wat beter met mij. Mijn gezondheid is iets vooruit gegaan en de behandeling bij Faas heeft mij mentaal een stuk verder geholpen. De EMDR heeft zijn werk gedaan en de adviezen van de psycholoog zitten weer vers in mijn geheugen. Deze volg ik zo goed mogelijk op, want ik weet dondersgoed: als ik dat niet doet, dan ga ik achteruit. En dat is iets wat ik niet nog een keer wil.